Regels voor vergunningen

Beleidsregel beoordeling levensgedrag

Op 18 november 2025 heeft het college van Urk de “Beleidsregel beoordeling levensgedrag Urk” vastgesteld. Deze beleidsregel geeft duidelijkheid over hoe de burgemeester beoordeelt of een betrokkene “in enig opzicht van slecht levensgedrag” is. Dit kan van invloed zijn op het verlenen of intrekken van bepaalde vergunningen, zoals voor horeca of kansspelen.

Waarom deze beleidsregel?

In de Alcoholwet, de Wet op de Kansspelen en de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) is opgenomen dat een vergunning kan worden geweigerd als de aanvrager van slecht levensgedrag is. Tot nu toe was niet vastgelegd hoe deze toets precies plaatsvindt. Met deze beleidsregel voldoet de gemeente aan de eisen van transparantie, proportionaliteit en kenbaarheid, zoals door de Europese Dienstenrichtlijn bepaald en in jurisprudentie van de Raad van State nader uitgelegd is.

Hoe werkt de beoordeling?

Om tot een oordeel te komen bekijkt de burgemeester onder meer politiegegevens, rapportages van toezichthouders, informatie uit Bibob-onderzoeken en informatie van instanties zoals de NVWA, de Belastingdienst en de Arbeidsinspectie. Daarbij kijkt de burgemeester met name naar het gedrag van de laatste vijf jaar. Afhankelijk van het soort vergunning (bijv. horeca of kansspelautomaten) kunnen bepaalde gedragingen zwaarder meetellen. En er is ook een aantal gedragingen die altijd zwaar meetellen, zoals fraude, gewelds- of drugsdelicten.

In principe kan één zeer ernstige gedraging al voldoende zijn om een vergunning te weigeren, maar meestal gaat het om meerdere gedragingen, of om een patroon van gedragingen.

Hieronder vindt u de volledige beleidsregel.

Wet BIBOB

Door de wet BIBOB mag de gemeente Urk een vergunning weigeren of intrekken.

Steeds vaker lees je in de media dat de overheid een vergunning geweigerd heeft “op grond van de wet BIBOB.” BIBOB staat voor "Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur". Deze wet stelt de gemeente in staat onderzoek te doen naar partijen met wie ze zaken doet of wil doen. Belangrijkste doel van de wet is voorkomen dat de gemeente vergunningen afgeeft aan criminele organisaties.

Door de wet BIBOB mag de gemeente Urk een vergunning weigeren of intrekken als zij vermoedt dat de aanvrager de vergunning gebruikt voor het plegen van strafbare feiten of  het benutten van uit strafbare feiten verkregen geld. Of wanneer de gemeente vermoedt dat strafbare feiten zijn gepleegd (bijvoorbeeld valsheid in geschrifte door het verstrekken van valse verklaringen) om de vergunning of subsidie te krijgen.

Vanwege de wet BIBOB kunnen nieuwe en gevestigde ondernemers op Urk te maken krijgen met een uitgebreide screening bij het aanvragen van een vergunning. De gemeente kan een ondernemer ook oproepen voor een screening als de vergunning al verleend is.

Bij een aanvraag doet de gemeente eerst eigen onderzoek. Dit onderzoek betreft de aanvrager, bedrijfsstructuur en leidinggevenden, financiering van het bedrijf en financiers. Het onderzoek strekt zich ook uit over de eigenaar van het bedrijfsterrein of het bedrijfspand waarop of waarin de inrichting is gevestigd.

Mochten na dit eigen onderzoek nog vragen bestaan, dan kan de gemeente regionale en landelijke organisaties om een aanvullend onderzoek c.q advies vragen. Dit aanvullende onderzoek is verstrekkender en daarmee ‘ingrijpender’ dan het eigen onderzoek door de gemeente. Hun advies is gebaseerd op openbare bronnen zoals gegevens van Kamer van Koophandel en Kadaster. Maar ook op gegevens uit gesloten bronnen zoals politiegegevens, justitiële documentatie en informatie van de Belastingdienst of de Arbeidsinspectie.

Een onderzoek c.q. advies kan drie conclusies hebben:

  1. Er bestaat geen gevaar dat de vergunning wordt misbruikt voor criminele activiteiten.  In dat geval geeft de gemeente de vergunning gewoon af.
  2. Er bestaat een mindere mate van gevaar. In dat geval kan de gemeente extra voorwaarden verbinden aan het verlenen van de vergunning.
  3. Er bestaat een ernstig gevaar. In dat geval kan de gemeente de vergunning weigeren of intrekken.

Tegen de uiteindelijke beslissing van de gemeente kan de aanvrager bezwaar aantekenen of in beroep gaan. De gemeente is overigens niet verplicht om de mogelijkheden die de wet BIBOB biedt in alle gevallen toe te passen. De wet BIBOB wordt vooral gebruikt in gevallen waarin de kans dat zich criminele activiteiten voordoen het grootst is. Bovendien moeten prioriteiten worden gesteld. Dit om administratieve lasten, extra werkzaamheden en lange procedures voor zowel de aanvragers als de gemeente te beperken.